DEEL II – Reisverslag Washington DC – Miami, juni 2016

De afgelopen weken maakte ik met mijn vriend een roadtrip van Washington DC naar Miami. We zijn al meerdere keren naar de westkust geweest, maar in het oosten hadden we alleen nog New York en Florida gezien. Tijd dus om ook deze kant van het land eens goed te gaan bekijken! In drie weken reden we per SUV van Washington, via de Smoky Mountains, Nashville en Atlanta, richting Florida. Hieronder vind je deel II van het verslag van deze reis.

Dag 8: Smokies Part II

We begonnen met een autorit van ongeveer drie kwartier naar Clingmans Dome, het hoogste punt van de Smoky Mountains en een van de hoogste punten van oost USA. Een groot deel van de klim deed de Jeep, maar voor de laatste halve mijl moesten we hem toch parkeren en te voet verder. Het was een pittig tochtje, maar niet al te ver, dus in een minuut of twintig waren we wel boven. Ook hier was het uitzicht weer erg mooi.

 

Hierna reden we een stukje terug naar een overlook, waar het uitzicht niet heel bijzonder bleek, maar waar wel een moederbeer met jong in de berm zat. Geen rangers in de buurt hier, maar moeder en kind bleven op veilige afstand van de fotograferende crowd.

Vervolgens doorgereden naar het startpunt van de Sugarlands Valley Trail, een wandeling die zo’n 45 minuten zou moeten duren, maar waar we in 25 minuten toch echt wel volledig doorheen waren. Het was een mooi stukje bos, maar niet buitengewoon spectaculair.

Aangezien het nog relatief vroeg was, hadden we ook nog tijd voor de derde hotspot die we wilden doen, de Roaring Fork Motor Trail. Dit is een autoroute van 5 mijl over een smal pad door de bossen, langs beekjes, etc. met het begin- en eindpunt vlakbij ons hotel. Bij het begin aangekomen stond er een kleine file, er liep weer een beer langs de weg. De bearcounter staat dus al op zes! Waarschijnlijk blijft het daar ook bij, want hierna ruilen we de natuur weer in voor de stad. Het was een leuke route om te rijden, met flink wat bochten, heuvels en bruggetjes.

 

Om half vijf werden we verwacht bij Dolly Parton’s Dixie Stampede. Hier hadden we thuis al tickets voor besteld. Dolly doet zelf niet mee aan de show, maar het vindt plaats in Pigeon Forge waar ze vandaan komt. Hier is ook het pretpark Dollywood, maar dat hebben we even overgeslagen.

De Stampede arena was maar een kwartiertje rijden en toen we aankwamen stond de parkeerplaats al bijna vol. We bleken vooral tussen de vaderlandslievende Amerikanen te zitten, maar dat hadden we misschien ook kunnen verwachten. De show was een ruim twee uur durend spektakel met paarden, bizons, biggetjes en wat grappenmakers. Niet bijster diervriendelijk, maar wel mooi gedaan. Diner was inbegrepen, dus de bediening kwam af en toe wat eten op ons bord gooien. Voor iedereen een kippetje en hamlap, en pasta voor mij (zelfs hier een vegetarisch alternatief, Dolly bedankt). Daarnaast kregen we soep, een broodje, aardappel, maïskolf en een appelflap toe en natuurlijk onbeperkt Pepsi of icetea. Het ‘We Love The USA’ droop er vanaf, maar dat kunnen we inmiddels wel waarderen. Ik vond de show een absolute aanrader voor echte Amerikaliefhebbers!

 

Dag 9: Gatlinburg -> Nashville

We hebben de Smoky Mountains weer achter ons gelaten en zijn richting Nashville gegaan. Het was een rit van een uur of vier, dus redelijk lang, maar met een paar pauzes onderweg prima te doen. We hebben wel bijna onze eerste roadkill veroorzaakt vandaag. Op de Interstate kwam er ineens een hert overrennen. Hij raakte bijna een andere auto, begon in paniek een beetje gekke sprongen te maken en sprintte toen recht op onze auto af. Uiteindelijk kwam hij met een flinke klap tegen de zijkant van de auto, niet op de voorkant gelukkig.

Het was alsnog flink schrikken natuurlijk, zowel voor ons als voor Bambi, die we in de achteruitkijkspiegel gelukkig op zagen staan en weer het bos in zagen rennen voordat er een andere auto overheen kon rijden. Hopelijk blijft het bij een hersenschudding voor het arme beest. Bij de eerstvolgende exit de auto even geïnspecteerd, maar die had wonder boven wonder helemaal niks, behalve een paar hertenharen tegen de zijkant geplakt. Thank god for the Jeep.

 

Een uurtje later kwamen we aan bij ons hotel net buiten Nashville. ‘s Avonds stond een bezoek aan de Grand Ole Opry op het programma! Het was twintig minuten rijden van ons hotel naar Opry House. We konden parkeren bij Opry Mills, een grote mall tegenover de Opry. Hier hebben we eerst nog even een burger gegeten bij Johnny Rockets en toen was het tijd voor de show.

Deze was eigenlijk nog leuker dan verwacht. Veel verschillende artiesten en heel afwisselend, ondanks dat we hiervoor nog nooit van ze gehoord hadden. Elk halfuur was er een andere host, die zelf wat zong en vervolgens twee gastartiesten aankondigde. Tussendoor vertelden ze nog wat anekdotes en er was een soort presentator die na elk blok een advertentie voorlas van de sponsor van dat blok. Een beetje ouderwets allemaal, maar erg leuk daardoor. Aan de reacties van het publiek te horen was Alan Jackson de grootste naam van de avond, maar die vond ik zelf eigenlijk niet het beste. Ik was meer fan van American Idol winnaar Scotty McCreery en oude mannen band the Oak Ridge Boys.

 

Na afloop zijn we nog even door Nashville zelf gereden, maar daar was het enorm druk omdat er een festival gaande is (CMA Festival), dus we besloten dit voor de volgende dag te bewaren en terug te gaan naar het hotel.

Dag 10: Nashville

Vandaag stond Nashville op het programma. Auto geparkeerd in een garage en op weg naar Broadway, de bekende straat vol bars met livemuziek. Aangezien het CMA Festival bezig is, was er zelfs om elf uur ‘s ochtends al van alles te doen op en rond Broadway. Podia, standjes, eten, drinken, heel gezellig. We hebben een beetje rondgelopen door het centrum en ondertussen het een en ander gezien van het festival. Respect voor alle echte festivalgangers, want het was ECHT warm.

 

Na een tijdje besloten we even af te koelen in de Country Music Hall of Fame, die we misschien ook wilden bezoeken, maar wat we uiteindelijk toch niet gedaan hebben. We zijn tenslotte niet bepaald countrykenners, dus het leek ons iets teveel onbekend materiaal om het echt leuk te kunnen vinden.

 

We waagden ons dan ook weer naar buiten, waar de hitte meteen weer toesloeg. Op het podium voor de deur was het zusje van Britney Spears aan het optreden, Jamie Lynn. Vervolgens besloten we terug te gaan naar de mall tegenover de Opry waar we gisteren ook waren. Hier konden we lekker koel rondlopen en meteen wat winkels bekijken. Ik heb een paar mooie boots gevonden bij de Boot Barn en er meteen een bijpassend jurkje bij gekocht, zodat ik in stijl terug naar het festival kon ‘s avonds.

Na het shoppen reden we weer naar het hotel. Rond een uur of acht vertrokken we opnieuw richting centrum. Voor de parkeergarage waar we overdag hadden gestaan was inmiddels een bord ‘full’ geplant, maar hier trapten we niet in. Toch maar even ingereden en inderdaad, plek zat. Tsja, waarom zou je als parkeergarage-employee af en toe checken of er weer plekken vrij zijn als je ook gewoon kan chillen in je loket? Anyway, plekje gevonden dus en weer op naar Broadway en omstreken. Hier hebben we weer een tijdje rondgelopen, drankje gedaan, hapje gegeten, nog wat rondgelopen, en toen weer terug naar ‘huis’.

 

Dag 11: Nashville -> Chattanooga

We hebben Nashville weer achter ons gelaten, maar niet voor we een foto hadden gemaakt voor het bekende Bluebird café waar veel bekende countrysterren ooit zijn begonnen. Het was ons helaas niet gelukt om tickets te krijgen voor een optreden, er zijn maar zo’n twintig tafels en wel duizenden gegadigden per avond (je kunt online proberen tickets te kopen, maar dan moet je dus behoorlijk geluk hebben. Minimaal een uur voor de show in de rij gaan staan kan ook, maar daarvoor zijn maar zo’n tien tafels beschikbaar en hier hadden we met 40 graden weinig zin in). We hielden het dus bij een fotootje op de stoep.

Hierna stond een bezoek aan de Jack Daniels distilleerderij op de planning, deze lag namelijk bijna op de rijroute van vandaag. Onderweg nog even de tank volgegooid voor 25 euro en de koelboxvoorraad aangevuld bij de Walmart.

De distilleerderij, waar alle JD wordt gemaakt die er te vinden is, ligt in het dorpje Lynchburg. Er worden de hele dag door gratis tours gegeven, dus bij binnenkomst meldden we ons aan voor de eerstvolgende. De tour was erg leuk. Hij ging over het hele terrein van het bedrijf, van de bron van het water dat al vanaf het begin de basis is van de whiskey tot de plek waar het houtskool gemaakt wordt dat ze gebruiken om de drank te zuiveren. We hebben niet geproefd, daar was weer een andere toer voor, maar na afloop in het dorp wel een Jack Daniels-ijsje gegeten. Aanradertje.

 

Nadat we nog even in het dorpje hadden rondgekeken, gingen we op weg naar het volgende hotel. Dit was nog zo’n anderhalf uur rijden, dus niet zo heel ver meer. Hier aangekomen hebben we een restaurantje in de buurt opgezocht om te eten. Een leuk plekje nog in the middle of nowhere, met dank aan Tripadvisor.

 

Dag 12: Chattanooga -> Atlanta

In Chattanooga hebben we één nacht geslapen. Ook dit hotel had een ontbijt verzorgd, dus met een bodem van koffie en bagels konden we de bezienswaardigheden van deze plaats bekijken. Er zijn drie highlights in Chattanooga: Ruby Falls, Rock City en de Incline Railway. We begonnen bij de Falls, op maar vijf minuten rijden van het hotel. Dit is eigenlijk een grot, met ergens binnenin een grote waterval. Het eerste stuk naar beneden kon nog met de lift, maar daarna gingen we onder leiding van een best wel irritante gids (van wie we ons het eerste kwartier hebben afgevraagd of het een jongen of een meisje was) te voet verder. We liepen eerst een stuk door een ondergronds gangenstelsel, waarbij we onderweg allemaal mooie structuren zagen. De aangebrachte verlichting was af en toe wel érg psychedelisch, had niet per se gehoeven. Vervolgens kwamen we bij de waterval, heel mooi en apart zo ondergronds.

 

Nadat we hier even gekeken hadden, gingen we dezelfde weg weer terug. Het was lekker koel in de grot, in tegenstelling tot buiten waar het alweer zo’n 35 graden was, maar desondanks ook wel fijn om weer in de open lucht te zijn.

Vervolgens reden we naar Rock City, vlakbij de Falls. Een grote tuin vol rotsen, paadjes, planten en uitzichtpunten. Er bleken her en der ook wat tuinkabouters gedropt, dus het had wel wat weg van het Sprookjesbos. Hier hebben we rondgekeken en toen bleek er in deze tuin ook nog een soort grot te zitten.

 

Hier hadden ze van de gelegenheid gebruik gemaakt om taferelen uit allerlei sprookjes te laten zien, geschilderd in neonverf, met UV-lampen erop. Ja, waarom niet..? (Oké, omdat het spuuglelijk was, maar de aanwezige kinderen konden het wel waarderen, dus nou ja toe maar dan.)

Als laatste stond de Incline Railway dus op de planning, naar het schijnt de steilste trein ter wereld. Dit bleek ook de slechtst onderhouden trein ter wereld, maar dat mocht de pret niet drukken, het ritje op en neer was best leuk.

Toen kon de TomTom worden ingesteld op Atlanta, de volgende plaats op de route. Dit was nog ongeveer anderhalf uur rijden, maar werd wat langer door een paar files onderweg. Sowieso is het verkeer hier stukken a-relaxter dan aan de westkust, ze krijgen hier hun rijbewijs waarschijnlijk bij een 24-pack donuts. Het fijne hotel waar we nu zitten ligt in Downtown Atlanta, op loopafstand van de dingen die we hier willen zien, dus even niet in de auto. Na een complimentary vino in de rooftopbar van het hotel hebben we heerlijk gegeten bij Ted’s Montana Grill.

Dag 13: Atlanta

Ook in Atlanta is het een graadje of 30, zelfs om negen uur ‘s ochtends was het al bloedheet. Gelukkig hoefden we voor de CNN Studio Tour waar we de dag mee begonnen maar 150 meter te lopen, dat was te overzien. Om negen uur gingen we op weg naar CNN voor een VIP Tour. Eerst langs de security, toen op de langste roltrap ter wereld (ja, die hebben ze ook) en vervolgens werden we rondgeleid door het gebouw, de studio’s, montagekamers, etc. Leuk om te zien hoe het er hier aan toegaat. Wat souvenirs gekocht in de shop, een penny geplet en toen terug naar het hotel om alles te droppen.

 

Na een korte pauze in de lobby besloten we meteen door te gaan naar the World of Coca-Cola, een museum geheel gewijd aan Amerika’s nummer 1 drankje. Coca-Cola komt oorspronkelijk ook uit Atlanta. We liepen erheen via het park dat is aangelegd voor de Olympische Spelen in 1996, Centennial Olympic Park.

In het museum kregen we meteen een flesje cola, we mochten kiezen tussen regular, light of zero. Ik ging voor de zero. Hierna volgde een introductie door een medewerker en een filmpje over het ‘Coca-Cola-gevoel’. Na dit warme welkom konden we op eigen gelegenheid het museum in, waar verschillende exposities te zien waren, onder andere over de ontwikkeling van het flesje, de marketing door de jaren heen en het geheime recept (dat we overigens nog steeds niet weten…). Als laatste konden er nog zo’n honderd verschillende drankjes geproefd worden die Coca-Cola over de hele wereld produceert, van Japans wortelsap tot Georgische icetea. En je kon je eigen mix maken, van een bestaand drankje met een toegevoegde smaakstof. Ik was erg tevreden over mijn Ginger Ale Lime, opnemen in de productie zeg ik.

Dit was echt een boven verwachting leuk museum, een aanrader voor iedereen die ooit nog eens in de buurt van Atlanta is.

Toen we buitenkwamen was de lucht behoorlijk dreigend en het begon flink te waaien. Snel naar het hotel dus om de regen voor te zijn. Geen gekke beslissing, want even later ging het flink tekeer.

‘s Avonds was het zo goed als droog en hebben we nog wat door Downtown Atlanta gelopen op zoek naar een restaurant. We kwamen uit in de gezellige Peach Tree Street, bij de Atlanta Braves All Star Grill. Deze sportsbar staat geheel in het teken van het lokale baseballteam de Atlanta Braves, die toevallig ook net een wedstrijd aan het spelen waren. Hier hebben we tijdens het eten de wedstrijd gekeken op het grote scherm.

Dag 14: Atlanta -> Savannah

Over dag 14 kunnen we kort zijn: roadtripping van Atlanta naar Savannah. Eerst nog yoghurt, een bagel en fruitsalade als ontbijt en toen on the road voor een uurtje of vier. Rond Atlanta was het nog druk met verkeersdeelnemers met een intellectuele uitdaging, maar daarna werd het rustiger en konden we lekker doortuffen. Nog even een broodnodige donutpauze halverwege en toen waren we er alweer.

Het hotel bleek een wat onaangename verrassing in petto te hebben: ze waren aan het verbouwen, iets wat maanden geleden toen we geboekt hebben nog nergens vermeld stond. Maar goed, ingecheckt en naar de pool, die er op zich prima bijlag.

‘s Avonds een leuke diner downtown uitgezocht, nog even naar de Atlanta Braves gekeken op tv en toen slapennnn.

Hier vind je deel I van het reisverslag!

En hier kun je door naar deel III :)